Cycladen: Syros, Tinos, Mykonos, Delos, Naxos, Naxos ….
Op 12 juni vertrekken we met een aardige wind richting Syros. Alleen op het voorzeil maken we voldoende snelheid om met de golven richting eiland te varen. Even zakt de wind in en blijft de deining, wat niet echt prettig is, maar de wind komt terug en eind van de middag zijn we in Finikas. De baai is meer open dan we dachten, de kade rommelig en we twijfelen tussen ankeren of afmeren aan de kade. Vrij ver naar binnen, dus beter beschut, zien we nog een plekje en meren af. Een gedreven, drukke havenmeester meldt dat hier alleen water (en stroom) betaald hoeft te worden. We wandelen over de kade door het dorpje,waar behalve wat restaurants gelukkig ook een bakker is. Er wordt even een was gedaan. En we voelen ons steeds meer op ons gemak aan de kade en in het dorpje. De volgende ochtend waait het erg hard en we besluiten om te blijven liggen. Naast ons ligt een oude motorboot met Nederlandse vlag en plaats Amsterdam op de achterkant, maar met twee Griekse mannen en een vrouw aan boord. Marijke vraagt in haar beste Grieks: Hoe het zit, een Nederlandse boot met Griekse mensen ? Al snel volgt een praatje in het Engels. Een paar minuten later vragen ze of we nog boodschappen nodig hebben omdat ze naar de hoofdstad gaan. Marijke zegt dat ze zelf met de bus naar de stad gaat en wordt gelijk uitgenodigd om mee te rijden. Ze krijgt een rondleiding door de stad, gaan koffie drinken in een authentiek Grieks kafeneion en zijn na een paar uur terug. Met veel verhalen over de geschiedenis van Griekenland, de economie, werkloosheid. En de Grieken hebben veel belangstelling hoe het met de economie, drugsbeleid, werkloosheid en de verkoop van woningen in Nederland staat (een man is projectontwikkelaar). Kortom een heel boeiende ochtend. Het zijn drie vrienden die in Athene werken en nu voor een lang weekend naar Syros zijn gevaren. We krijgen groente en fruit van een vriend van een van de mannen, die het zelf biologisch verbouwt op Syros.‘s Avonds drinken we biologische wijn bij de Grieken aan boord en wordt de groente klaar gemaakt, patat gebakken en samen met ons avondeten is dat voldoende, lekker en vooral erg gezellig eten met elkaar.
De volgende dag vertrekken we naar Tinos, deels op de motor, dan een paar uur zeilen tot de wind pal tegen draait en we het laatste stuk op de motor varen. Het trekt erg over de berg heen, er bouwt wat deining op en wij schieten niet op!! Er is in de haven van Tinos nog een krap plekje vrij en wij meren af. We worden wel gewaarschuwd dat de veerboot veel deining geeft, dus let er op dat je niet tegen de kade komt. In Tinos lig je in de stad, erg sfeervol en authentiek Grieks, maar ook wel lawaaierig. Zeker als er wat jongens tot half vier op kade erg veel lol hebben. De volgende dag wil Piet weer door, Marijke wil blijven liggen.
We vertrekken met ruime wind, die behoorlijk doortrekt over de berg richting Mykonos. Veel wind en deining, maar door de windrichting goed te doen. Even zakt de wind in en rollen we op de golven, even een stukje op de motor. Dichterbij Mykonos zien we de zeer grote veerboten liggen en daar trekt de wind nog meer door, grootzeil weg en alleen op een klein stukje voorzeil lopen we lekker op de haven af. Plek genoeg en we zien een gaatje waar we wel willen liggen. De wind blijft maar loeien, we hobbelen wat, maar liggen prima. De kade is nog één grote zandvlakte en er waait flink wat aan boord. Dat komt er later wel weer af. We huren gelijk een scooter voor twee dagen en gaan de stad verkennen die 1.5 kilometer Noordelijker ligt. Ja, Mykonos, wit, veel kerken, en ongeveer evenveel toeristenwinkels en restaurants, toeristisch, toch mooi. We slenteren door de straatjes, eten wat en gaan weer naar de boot. We willen net naar bed gaan als er nog een boot binnenkomt. Even kijken waar die gaat liggen. Een kade verderop ligt/waait de boot bijna gelijk in de lijnen van de andere boten. Iedereen aan dek en afduwen. Ze komen los en waaien er opnieuw in. Er worden door verschillende mensen lijnen naar de kant gebracht, vooral een Franse zeiler is zeer actief, om ze los te trekken, al loopt de communicatie boven de harde wind uit (Frans - Sloveens/Kroatisch/Engels ?)niet altijd soepel. Desondanks liggen ze na anderhalf uur afgemeerd en gaan wij terug naar bed. De volgende morgen merken we dat onze anker lijn wel heel erg strak staat, eigenlijk als een snaar, we laten de lijn wat vieren en zien dat een boot aan de overkant de lijn steeds strakker trekt. Marijke gaat te water omdat met het vieren van de lijn de bijboot nu ook wel heel ver van de boot ligt (die knopen we altijd vast aan de ankerlijn tegen het tikken tegen de boot). Met de bijboot maakt Piet het anker los, na eerst andere ankeraars weg geholpen te hebben. We verkennen het eiland met de scooter en gaan nog een keer naar Mykonos stad. Weer aan boord komt er een boot met Duitse zeilers naast ons liggen, vriendelijk groeten en een praatje. Als we terug komen uit de stad nodigt de schipper ons uit voor een borreltje. Het is een heel gezellige avond met flamencomuziek en enthousiaste zeilverhalen van de schipper. Hij zeilt regelmatig met een groep mensen zowel in Griekenland als in de Carieb, Engeland, maar ook in Nederland. Waar hij trouwens erg graag zeilt.
De volgende ochtend vertrekken zij om 8 uur naar Delos en hij vraagt of wij mee willen varen, maar we gaan zelf met de veerboot. Bij het vertrek hebben ze een anker te pakken en net als er iemand te water wil gaan komt Piet met de bijboot aanvaren om te helpen. In een kwartier is het opgelost en gaan wij met de scooter naar de stad en stappen op de veerboot. We komen met de veerboot gelijk met de Duitse zeilers aan en komen elkaar op Delos nog regelmatig tegen. Delos vinden wij zeer de moeite waard en veel groter dan we gedacht hadden, er zijn veel oudheden intact gebleven en ook het museum vinden we zeer de moeite waard. Voor de volgende dag is er veel Noordenwind voorspeld en de laatste dagen waaide het ook steeds hard. We vertrekken daarom vroeg, om 6 uur, in de hoop dat de golven iets minder zijn dan de laatste dagen. De golven zijn er nog wel, maar redelijk in verhouding met de wind en zo zeilen we snel naar Naxos.
Naxos
Als we in de haven aankomen is er maar één plekje vrij en die wil de havenmeester vrij houden . Wij moeten langszij bij een 57 foot zeilboot (bijna eens zo lang als onze boot). Aanvankelijk vinden we dat niets, maar het blijkt dat we zo een prachtig zicht op de stad hebben en niet ingesloten liggen tussen de andere grote boten. We liggen prima. Water is er op Naxos en aan de kade voldoende en we spuiten en schrobben de boot uitgebreid af, die op Mykonos helemaal rood geworden was van het opstuivende zand. Alle was in een emmer, wat keteltjes gekookt water erbij, en aan de waslijn. Na een uurtje slapen is alles droog en ruikt weer heerlijk fris. Op zondag 20 juni blijven we ook nog op Naxos, wandelen naar de oude stad, kopen een krant, gaan zwemmen en zo vliegt ook deze dag weer om. We zeggen wel een paar keer tegen elkaar dat we het zo lekker hebben en dat we zo genieten.
Voor de komende dagen wordt er windkracht 6/7 voorspeld en we besluiten te blijven liggen tot het weer rustig is. De haven meester vindt het prima en vraagt of we gelijk kunnen afrekenen, blijkt dat het liggeld eenmalig 5 euro is! En verder alleen voor gebruik van water en stroom. Maar stroom hebben wij niet nodig; Het zonnepaneel zorgt voor alle nodige stroom aan boord. Als de Zweedse buren vertrekken schuiven wij een plaatsje op zodat we goed aan de kade liggen en een mooringlijn kunnen oppakken.Als Piet met de bijboot ons eigen anker gaat ophalen is het bingo, we hebben beet, en wel een heel dikke ketting. Met de bijboot lukt het niet om de ketting hoog genoeg op te hijsen, dus met de zeilboot er naar toe. Via de lier hijsen we ons anker, met de ketting, zo hoog mogelijk op, de lijn staat eng naar strak. En dan de vraag wie gaat er, deze keer in een vieze haven, de extra lijn onder de ketting door leggen, beiden staan we niet te springen, vorige keer Marijke, nu Piet. Aan onze ankerlijn trekt hij zich naar beneden en in een keer is het raak! Marijke zet de lijn snel vast, de ketting hangt nu aan de extra lijn vast en dan kunnen we ons anker eronder uit halen, de lijn met de ketting weer laten zakken en we zijn los. Afmeren en we liggen goed voor de komende dagen.
We huren de volgende dag een Jeep,weer eens iets anders dan een scooter maar Naxos is een vrij groot eiland en dan is een auto wel lekker. We maken echter een -kostbare -fout, door de tank helemaal vol te gooien. Met de scooter tank je minstens een keer per dag vol, maar een autotank maak je niet leeg in een dag. En zo geven we zeker zo'n 30 euro weg aan de auto verhuurder. Marijke meldt het nog wel bij het inleveren van de auto maar verwacht er niets van en dat klopt. Het eiland is prachtig , het is een van de weinige Cycladeneilanden waar voldoende water is , het is er groen, erg veel bloemen, planten en groententeelt.
We zijn niet echt heel zuinig maar letten toch wel op wat we uitgeven. Zo vinden we de douche op de kant voor 5 euro te duur, dat doen we niet, maar vinden er later een voor 3 euro, zodat er weer echt gedoucht wordt. Marijke laat bij de schoenmaker de binnen zolen van de wandelsandalen vervangen, voor 6 euro gaan ze weer lang mee. Wel geven we veel geld uit aan een goed anker, wat we hier bestellen en de dag erop vanuit Athene geleverd werd. Ons voorkanker heeft ons al een paar keer in de steek gelaten, maar nu hebben we een super anker(Delta) met extra ketting.
In de ochtend is muziek op de kade en zijn er opnames voor de Griekse tv ,in vrijwel elke winkel staat de tv aan en vertelt men trots over het eiland.
Op 21 en 22 juni is er een muziekfestival met erg lekkere muziek, heel divers .We ontmoetten er twee jonge mensen uit Nieuw Zeeland die in 5 maanden een groot deel van de werelds willen zien, met veerboot, trein en vliegtuig en die ook erg veel belangstelling voor boten hebben. De volgende dag komen ze aan boord. En vooral Nick vraagt honderd uit over de boot, navigeren, zeekaarten etc .
Op 25 juni is de wind afgenomen tot windkracht 5 de deining is ook minder en we zijn van plan om naar Paros te gaan. Morgen wordt er weer windkracht 7/8 verwacht en we besluiten om toch nog maar een paar dagen te blijven liggen. Net als de meeste andere - eigen -boten. Wel komen er al vroeg weer boten binnen en meren naast ons Zweedse mensen af die gelijk een gezellig praatje maken en ook blijven liggen tot de harde wind gaat liggen. Voorlopig liggen we hier dus nog wel en we zijn blij dat we zo'n prettige plek hebben. Maar eigenlijk willen toch ook wel weer verder.Golf van Patras- Kanaal van Korinthe- Saronische Golf- Cycladen
We varen op 31mei terug naar Poros op Kefallonia omdat de oversteek naar de haven van Messalongi in de Golf van Patras dan minder ver is. Want we gaan toch niet rond de Peleponnesos, maar door de Golf van Patras. We zeilen heerlijk tot er onweer in de lucht te horen is. Het ziet er nog niet dreigend uit, maar het zeilen wordt wel iets minder ontspannen. De laatste mijlen varen we op de motor om voor het losbarsten van de bui binnen te zijn. Gelijk na ons komen nog drie boten binnen, die we helpen met afmeren, zo ook een Nederlandse platbodem, een tweemaster. Een praatje, daarna wat regendruppels, maar echt onweer komt er niet.
De volgende dag vertrekken we voor ons doen laat omdat Piet de verstaging opnieuw stelt, op weg naar Messalongi, zo'n 30 mijl verderop. Onderweg gaan we twijfelen over de bestemming. We krijgen een sms dat Freddy en Daniella weer een hond hebben, een zwerfhond met een beschadigde poot, en van Frans en Marjo een bericht dat ze in Nidri zijn. De verleiding is groot om de 30 mijl richting Lefkas af te leggen om hen te ontmoeten. We doen het uiteindelijk niet omdat de kans dan groot is dat we daar blijven ‘'hangen''. Om 18.00 uur zijn we in Messalongi, we zijn het wel zat na zo'n lange dag grotendeels op de motor te varen, in de stad kopen we een broodje en gaan dan voor anker in de baai.
De tocht naar Nafpaktos verloopt zo lekker dat we door zeilen naar Trizonia, een eiland in de Golf van Patras. Eerst onder de nieuwe brug (Rion/Antirion)door, die de Peleponnesos met het vaste land verbindt en in 2004 voor de Olympische spelen is aangelegd. De brug is 160 meter hoog en overspant 2650 meter. Vanaf de brug kunnen we achter de halfwinder aan en zeilen we heerlijk, en snel.In Trizona lagen we ook in 1995/96 toen in een lege haven. Nu is het er erg vol, vol met boten die er voor vast liggen, verlaten boten (ook een gezonken tweemaster die er waarschijnlijk over een paar jaar nog zal liggen) en ook zo'n 20 zeilboten onder weg. Er is mooie natuur, en een klein dorpje.
Na Trizonia gaan we op de motor naar Galaxidhi waar we een extra dag blijven liggen,omdat het zo'n mooie plek is. De eerste avond barst het onweer los en de hele nacht valt er veel regen. We liggen naast drie Engelse mannen die ook in Trizonia lagen en waar een van hen een gitaar-zang optreden geeft in een van de barretjes aan de kade, recht voor onze boten. Heel leuk, maar om middernacht kwamen de oordopjes wel weer goed van pas. Zeker niet omdat het slecht klonk, maar vanwege de aanhoudende herrie.
Van Galaxidhi wilden we naar Kiato varen, maar varen uiteindelijk door naar Kortinthe. Onderweg worden we op een dolfijnen show getrakteerd, er zwemmen er wel 10 rond de boot, duiken, springen en wel een half uur lang. Tijd genoeg voor ons om te genieten, te filmen en om foto's te maken. Kortom: volop genieten.
Dat gaat over als de lucht dicht trekt en er weer een bui aan lijkt te komen, maar dat valt mee en we meren af in de haven van Kortinthe. Dat de haven niet veel bijzonders was hadden we al gelezen, maar is wel beter beschut dan we dachten. Er is een vissershaven die vol ligt maar ook de andere haven ligt vol met vissersboten en voor zeilboten is er nauwelijks plek. We liggen er met vijf andere zeilers.
Wat Algerijnse jongens gebaren dat er wel plek is, helpen met afmeren aan de kademuur en maken duidelijk dat ze geld willen. Geen werk, geen geld en ze blijven wat rond de boot hangen. Het voelt niet zo prettig en Piet wil weg, naar de haven 10 mijl terug, Marijke wil dit persé niet. Zo is er dan toch sprake van meningsverschil (Jon/Cora). Marijke loopt wat rond, raakt met Duitse zeilers in gesprek en vindt een plekje, niet langs de kade maar aan een van de steigers. We besluiten om daar naast de Duitse mannen af te meren. Wat al wat meer rust geeft. Even later wordt er gevochten op de kade, wij liggen er nu verder vanaf en het is niet de sfeer om er dichtbij te gaan staan en je er mee te bemoeien. Pakistanen slaan elkaar met stokken en bierflesjes. Binnen een paar minuten zijn er zes agenten met wapenstok en worden er wat mannen geboeid afgevoerd. Daarna is het weer rustig op de kade en zijn wij blij dat we er verder vanaf liggen.
Op 6 juni om half 8 vertrekken we gelijk met de Duitse mannen om door het Kanaal van Korinthe te varen. We roepen op via de marifoon en kunnen na een paar minuten door varen. Het is weer een heel bijzondere belevenis, die na 45 minuten (en 100 euro doorvaart kosten ) weer voorbij is. We varen in de Saronische golf, op naar Aegina. Na een uur of twee op de motor kan deze uit en zeilen we richting Aegina. Daar aangekomen meren we af naast een boot met Engelsen die we al eerder tegen kwamen in Preveza. We blijven een extra dag liggen. Aegina is een sfeervol plaatsje maar het is aan de kade ook erg druk met verkeer en cafeetjes/barretjes. We ruilen boeken met mensen van een Nederlandse catamaran. De anker perikelen zijn weer leuk om te volgen totdat er een boot gaat dreggen en zowel ons anker meeneemt als die van de buren. Piet helpt vanuit de bijboot om de brij weer uit elkaar te halen. En wisselt gelijk onze ankerlijn om met die van de Oostenrijkse buren, die hun anker over dat van ons hebben gegooid.
We vertrekken voor een kort stukje naar een andere haven op Aegina, Perdika. Daar zou het snel vol moeten liggen volgens de beschrijving, maar we liggen alleen. En we voeren gelijk zelf een act uit. We zien dat we een zware ketting te pakken hebben met ons anker, je weet dan wel zeker dat je goed ligt maar we lossen het toch maar gelijk op. Piet in de bijboot en Marijke zwemmen met snorkel, anker met ketting zo ver mogelijk ophalen, Marijke legt een lijn om de ketting en na een half uurtje zijn we zijn weer los. We liggen plat voor de steiger en zeggen tegen elkaar: als er nog twee boten bij komen, gaan we weer voor anker. Even later loopt de haven helemaal vol en hebben wij weer een anker uitgeroeid, nu zonder het oppakken van een ketting.
Vanuit Perdika is het voor ons wel een aardig stukje naar de Cycladen en om half 9 vertrekken we. Marijke wil wel om 6 uur,maar eerst moet er vers brood komen.We varen eerst een paar uur op de motor, rollen daarna het zeil 6 keer in en uit, maar kunnen uiteindelijk toch nogheerlijk zeilen.
Bij het passeren van Kaap Sounion wordt de fles champagne van de buren, gekregen bij ons vertrek, voor een -klein- deel geofferd aan Poseidon en de rest...... het was heerlijke champagne.
Op naar ons eerste Cycladen eiland, Kea. We meren af aan een volle kade en tot half vier 's nachts was er weer muziek, wel lekkere muziek, maar oordopjes tegen het gepraat en harde lachen zijn dan een uitkomst. De hele nacht is er wat wind en de windvanger werkt goed. Marijke heeft er twee gemaakt, een voor als je voor anker ligt (altijd met de neus in de wind) en een als je aan de kade ligt; een lange lap die van smal naar breed uitloopt bevestigen we aan de val van de halfwinder, er zijn vier vakken in gemaakt, zodat als de wind draait een ander vak gevuld wordt, het werkt prima.
Vanuit Kea vertrekken we op 10 juni naar het volgende eiland Kithnos, de deining is niet in verhouding met de wind ; we rollen dus eerst een paar uur de goede kant op dan neemt de wind wat toe en zeilen we naar Loutra op Kithnos. Het is weekend en we worden onderweg regelmatig ingehaald door snelle motorboten waarschijnlijk vanuit Athene voor een weekendje weg. We hadden al bedacht dat we in een baai wilden liggen omdat de havens vol zullen zijn. We komen in de lege baai van Agios Irini aan en pakken een meerboei. In de pilot staat dat er meerboeien liggen, we zien er een en pakken die op. De lege baai is tegen de avond vol met drie zeilboten en acht zeer grote motorboten. En dan komt er een boot met een Griekse man die aangeeft dat we op zijn plek liggen. En gezien de behendigheid waarmee hij afmeert geloven we hem onmiddellijk. We vertrekken en liggen aan de kade met een lange lijn naar de kant. We maken een praatje met mensen van een Franse zeilboot en gaan in het enige restaurant in de baai uit eten.
We blijven op 11 juni ook nog liggen in de baai, wandelen naar het stadje, zwemmen, lezen en houden vakantie.Ionische eilanden
We vertrekken uit Nidri -Lefkas op 19 mei na een praatje met zowel de Engelse als de Nederlandse buren. De Nederlandse buren blijken ook weer veel mensen te kennen, die wij ook kennen of ontmoet hebben. Leuk, maar toch niet iets voor ons voor een heel seizoen. Wij willen verder. Uiteraard willen we netjes vertrekken, goed voorbereid en in de wetenschap dat er van minstens drie boten mensen kijken.
We dachten al dat het anker van een andere boot over die van ons heen lag, maar dat hadden we al opgelost door de lijnen te ruilen. Maar er lag nog een anker met ketting over ons anker. Dat geeft meer gedoe, maar geen probleem (als we volgens Marjan de Sedov samen kunnen afmeren moet dit ‘appeltje,eitje' zijn).
Het lukt ook prima met een lijn onder de ketting van de buren en los zijn we. Alleen is Piet iets te onhandig in de bijboot gesprongen. Ik wilde vermelden dat Piet vanuit de mast in de bijboot sprong en zo zijn voet bezeerde, maar dat klinkt toch niet zo geloofwaardig. Nu komt hij met een bloedende voet weer aan boord. Na het schoon maken en verbinden zeilen we heerlijk, met een Grieks muziekje op naar Meganisi, een paar mijl verderop. In de mooi baai van Spartagori gaan we uit eten. We wilden wel koken, maar dachten ineens aan een opmerking van de vader van Jan Henk.'Ik zal koken, maar helaas zijn de ingrediënten niet aan boord'. En zo aten we heerlijk in de taverna met prachtig uitzicht over de baai. Van Meganisis naar Kalamos gezeild en vandaar naar Kastos op de motor (paar mijl vanaf Kalamos). In Kalamos wilden twee Engelse mannen met elkaar op de vuist, het was gewoon beschamend, twee volwassen -aangeschoten mannen- en dacht ik (Marijke)ga er gewoon heel dicht bijstaan. Dat was al voldoende en later liepen ze -gearmd- weer richting kroeg. Drank maakt meer kapot...........
Op 22 mei vertrekken we naar Vathi op Ithaca, van de verwachte wind komt niets terecht en na vier uur zeilen en nog 9 mijl te gaan starten we de motor. We liggen net afgemeerd en we zien iemand zwaaien. Ineke -heeft in de flottielje van Richard mee gezeild vanaf Koper. Een praatje , wat tips over en weer en de volgende dag ieder weer op pad. Wij op weg naar Kefallonia . De voorspelde wind komt op het laatste moment zodat we het laatste uur nog lekker kunnen zeilen naar Fiskardo. Een toeristisch plaatsje en erg geliefd bij zeilers. We liggen net en het spektakel begint al, plekje zoeken en de ankers over elkaar. De volgende dag blijven we liggen en aanschouwen het spektakel nogmaals. Verder zwemmen we veel en zie ik bij het snorkelen dat ons anker prima ligt en veel vissen.
Dan komt er een moment waarop we ons schamen dat we de Nederlandse vlag op de boot hebben hangen. Er komen twee Nederlandse boten binnen; de een meert af, de ander wil gaan liggen terwijl er ook een vissersboot binnen komt, een hoop kabaal, weg, ik was hier eerder etc. De visser zegt dat dit zijn vaste plek met mooring lijn is. De Nederlandse man blijft te keer gaan en schelden (en als blikken konden doden). Uiteindelijk gaat de visser wel liggen maar kan de Nederlander over de vissers boot naar de kant. De hele avond horen we de man nog die zich, in de kuip en op het terras, net iets te luid laat horen. Die hopen we dus niet meer tegen te komen. Ik ben wel van de praatjes, (hé Syl,..... daar zou ik nou wel eens ....) maar het had er voor die man niet echt best uitgezien als hij een praatje met mij was begonnen. Dat was vast geen leuk gesprek geworden.
We krijgen een sms van Richard dat hij gevallen is met de scooter (in Richard's termen dat hij op z'n plaat is gegaan)en of we zin en tijd hebben om twee boten voor Menno van Koper naar Corfu te varen.... We denken......... wat doen we..... maar al snel sturen we een bericht dat we het niet doen en dan horen we later nog dat het de bedoeling is zonder tussenstops, dus in één keer van Koper naar Corfu.
Op 25 mei vertrekken we naar Sami, ook op Kefallonia, een heerlijke zeiltocht met een pittige wind. We zeilen dan zo mooi tussen aan de ene kant het eiland met de bergen van Kefallonia en aan de andere kant Ithaka, met een zee van ongeveer 3 mijl er tussen. Onderweg zien we een zwaardvis die wel tien keer hoog uit het water springt, een heel mooi gezicht. De volgende dag huren we weer een scooter en rijden rond over het eiland. Het ruikt overal zo heerlijk en er staan overal erg veel bloemen, erg mooi. Na een lunch in Assos rijden we teug naar de haven. We zijn nog geen half uur aan boord of het begint te regen en onweren, met erg veel wind !!! Binnen 5 minuten zijn we doorweekt; de natte kleren gooien we buiten neer. De hele avond en nacht blijft het rommelen in de lucht, maar gelukkig zonder de harde wind. Piet brengt in de regen de scooter terug en roeit het anker nog een keer uit om het wat verder weg te brengen, zodat het beter ingraaft.
Na een volgende stop in Poros op Kefallonia, zeilen we op 28 mei met een lekkere wind naar het volgende eiland, Zakynthos.Onderweg zien we een grote zeeschildpad, maar helaas heeft die geen zin om te poseren voor de camera. Voor we die gepakt hebben en de boot gekeerd, is de schildpad verdwenen. Aan de kade worden we vriendelijk ontvangen door Dimitri, we liggen met een internationaal gezelschap aan de kade en eten 's avonds in het restaurant van de familie. Piet kijkt voetbal en ik stuur en lees wat mail. Van de buren kunnen we een kaart van de Golf van Patras lenen als we deze eind van het jaar maar terug sturen naar Duitsland. In ruil voor het vertrouwen gaat er een fles Schipperbitter naar de buren. We hebben de afstanden en de havens rond de Peleponnesos nog eens goed bekeken, er zijn niet veel goed beschutte haven, het kan er flink waaien en de afstanden zijn vrij groot.
Zondag 29 mei huren we een scooter en gaan het mooie eiland Zakynthos over. We zijn het met Andries eens, het is een erg mooi eiland. We worden lui en blijven nog een dag liggen, een dag voor de was, plakken van de bijboot, wat lezen en wat zwemmen en we bezoeken de blauwe grotten.
We zullen nog een onthulling doen - in de hoop dat jullie dat vergeten zijn als we weer thuis zijn - Wassen: we hebben tot nu toe zo ongeveer eens per 8 dagen echt gedoucht - waarbij de hotels in het Vikos gebergte het gemiddelde aardig omhoog gebracht hebben. De andere dagen is het wassen met warm gemaakt water bij de kraan. En nu het wat warmer is (elke dag zwemmen), na het zwemmen onder de -zwarte- douche zak. Maar nog prettiger vinden we een fles met water die in de zon warm geworden is en sinds kort is dit een luxe douche geworden...... We hebben in een dop gaatjes gemaakt waardoor er nu een douche sproeier op zit, shampoo en doucheschuim ( Sonja, het einde van de cadeautjes komt toch echt in zicht)en we zijn weer schoon.
Het begint op vakantie te lijken: Paxos –Lefkas.
Van Mourtos zeilen we op 7 mei met steeds gunstiger en meer wind naar Lakka op Paxos. Vooraf hadden we het idee dat we hier helemaal sentimenteel zouden worden door de mooie baai. Maar dat gebeurt toch niet. Niet dat de baai niet mooi meer is, maar het doet vreemd aan. Het is erg leeg, er liggen maar 10 andere boten voor anker en niemand aan de kade. In de zomer hebben we hier wel met 50 boten voor anker gelegen en een volle kade.
Bij Akis-bar wordt een bruiloft gevierd, waar we volop van mee kunnen genieten. Er is zeer gevarieerde muziek, zodat er zowel Grieks- als Salsa gedanst wordt. Rond een uur of 8 vertrekken de laatste bruiloftsgasten en keert de rust weer.
Voor ons niet helemaal want 's nachts om 3 uur hebben we het idee dat het anker los gekomen is en krabt. We verkassen in het donker naar een andere hoek van de baai, waar de ankergrond beter is (vette klei). De volgende morgen gaan we terug naar de eerste plek, eigenlijk ‘'ons plekje'' van toen we hier met de flottieljes kwamen. We zoeken nu een plek voor het anker uit op het zand en niet tussen het zeewier.
's Avonds leggen we de boot voor de kant om te gaan eten bij Nionios, het restaurantje van Yanni. Het is leuk om iedereen(Akis, Yanni en zijn vader, de mevrouw van de supermarkt) weer te begroeten (en begroet te worden).
Maandag 9 mei begint met wat regen, maar als we vertrekken is het al weer droog. We varen een klein uurtje naar Gaios op Paxos. Daar meren we af tussen bekenden. Aan de ene kant de boot die in Mourtos naast ons lag en aan de andere kant een boot(Mjojo), die we eerder in Lakka hebben gezien. Met beide bemanningen maken we een praatje. s'Avonds schuiven we iets op omdat we eigenlijk bijna twee ligplaatsen in beslag nemen en er mogelijk nog meer boten binnenkomen. En die komt er .......een erg mooie en erg grote zeilboot (zeker 20 meter lang, 8 meter breed, overal glimmend koper,een plaatje, de Vela Carina) En waar gaat deze liggen? Onder grote belangstelling op de kade, naast ons. Dat past nooit, dat past wel, dat lukt nooit, moet kunnen en het past.
Dinsdag 10 mei hebben we een klusdag. Blijkbaar werkt dat aanstekelijk, want de hele ochtend wordt op drie boten geklust. Ik plak onze (lekke) bijboot en we schuren we twee houten lijsten voor de ingang. Onderweg komt Marijke Alex tegen van Genesis en spreekt af dat we s 'avonds koffie komen drinken, heerlijk met Griekse donuts met honing. Martin en Rowena, de groeten van Alex! In het internetcafé kijken we naar het weerbericht en ontvangen drie verschillende berichten. We besluiten de volgende dag door te gaan en de bestemming (Acheron rivier of Preveza) af te laten hangen van de windrichting.
Het wordt op de motor varen richting Preveza. Een mijl of 8 voor de tonnen voor de aanloop van de haven wordt het donker achter ons, boven de bergen. Blijven we de bui voor of krijgen we er van mee? We bereiden voor, alles dicht, zeilpakken te voorschijn. En daar komen de wind en regen, in no time gaat het te keer. Bijna op alles voorbereid, behalve: ons -lichte- bijbootje vliegt als een vlinder achter de boot. Zal de lijn het houden ? Piet ontfermt zich over de bijboot ik stuur schuin met de golven mee de goede kant op. Na een uur zitten we in de vaargeul (met ondieptes aan beide kanten) en wordt het langzaam weer lichter. Pakken uit, kleren drogen en we zien dat we het bankje uit de bijboot verloren zijn. Nieuw klusje; overal zoeken naar iets wat als bankje gebruikt kan worden. Gisteren al een groen jasje kwijt geraakt (en dan net geen een uit de collectie; van ellende aan elkaar geplakt en genaaid , maar een hele).
In Preveza vinden we een prima rustige ligplaats naast een lege boot. De stad vinden wij niet aantrekkelijk en wat stinken. Dus ook de tweede kennismaking vijftien jaar later bevalt niet heel goed.
Op 11 mei gaan we op weg naar Vonitsa in de Golf van Amvrakia, 6 mijl van Preveza. We komen daar Gerrit (uiteraard in rode broek) tegen aan het werk voor Sunsail. Leuk om even een praatje te maken, en we komen elkaar nog wel tegen in het Lefkas gebied.
Na een heerlijke zeiltocht eindigen we in Vonitsa. We zeilden flottielje in een boot met de naam Vonitsa, maar waren er nog nooit geweest. Een leuke plaats en prima plek om te liggen, we blijven een extra dag en hebben al snel door dat heel veel boten hier voor lange tijd liggen. Het past toch niet zo bij ons om ergens heel lang te blijven liggen, wat lezen en wandelen en we willen de volgende dag wel weer verder. We wandelen wat en ondernemen twee keer een poging om de burcht te bekijken, maar de poort blijft voor ons dicht. Wel vinden we een plank waarvan Piet een bankje voor de rubberboot maakt. De volgende dag vertrekken we naar Lefkas (stad), in de baai zien we nog pelikanen en dolfijnen. Na de tonnen voor de uitgang bij Preveza kunnen we die laatste paar mijl heerlijk zeilen. We denken nog dat we ons bankje zien drijven, maken een slag terug maar het is niets. Tussen Lefkas en het vaste land ligt een boot die als brug fungeert, deze gaat elk heel uur open en we missen de brug van 2 uur net. Tijd genoeg, rustig wachten en een broodje eten, maar als er kinderen komen bedelen wachten we toch maar met eten tot na de brug.
We willen een nachtje aan de stadskade liggen, we weten dat het druk is maar je zit ook midden in de stad,en de marina vinden we te duur. We wandelen wat rond, komen Menno weer tegen en drinken onze eerste ouzo in een kafeneion, met twee bordjes mezes van het huis, inktvis en garnalen.
15 Mei weer heerlijk gezeild naar Nidri, ook op Lefkas, naar de Vlicho baai. We gaan voor anker vlak voor de plek waar we in 95/96 overwinterd hebben, voor de taverna die Freddy en Daniella daar toen hadden. We zwemmen, maken een wandeling en halen herinneringen op. De baai was toen nagenoeg leeg en nu liggen er wel zo'n 70/80 boten voor anker. De volgende dag haalt Piet (warm) brood bij de bakker, waar we toen ook altijd brood haalden. Na het ontbijt zeilen we op het voorzeil de baai uit (iemand roept: Mooie Aloa, dat ziet er goed uit !!!) en gaan voor anker in Nidri waar we aan het eind van de dag aan de Atos steiger afmeren. Het was de bedoeling om de volgende dag een scooter te huren, maar het weer ziet er niet zo mooi uit en we blijven aan boord. De was wordt gedaan, we gaan weer eens echt douchen en eten weer heerlijk aan boord (Ron, ik denk niet dat het jouw invloed is, maar we eten steeds meer aan boord).
Als we uiteindelijk op 18 mei toch nog een scooter huren om het eiland te bekijken gaat het goed tot we terug op de boot zijn. Dan barst het onweer los, maar het enige dat wij krijgen is regen; en veel. Voor het zover is genieten we van de mooie natuur, veel bloemen, en van de waterval bij Nidri. Onderweg hebben we nog een leuke ontmoeting met een Duitse jongen die door Griekenland fietst.
Een week, 30 mijl en 500 kilometer later.
Een dagje klussen,poetsen en wassen op onze eigen boot. Wat praatjes hier en daar en 's avonds weer uit eten, de eerste dag met de mensen uit de groep van Richard en de volgende dag eigenlijk met Peter, Marjan, de kinderen en de groep. Maar uiteindelijk zitten we bij Takis met Richard aan een tafeltje. Het was koud en iedereen zat binnen, een vol restaurant omdat het de eerste open dag was na de wintersluiting. Van vrijwel alle boot verhuurders zaten er mensen; Sailing Holidays, Sunny Sailing, OCC en ISA (TipTop). De volgende dag gooien we weer los en vertrekken richting Mourtos. Het kriebelt weer om verder te gaan en het verblijf in Gouvia kost toch wel bijna 40 euro per nacht. Dat waren we in Slovenië, Kroatië en Montenegro wel gewend, maar in Griekenland is dat gelukkig toch wel een uitzondering.
Op naar Mourtos, weersvoorspelling Zuid-west 2-3 en we hadden Zuid 4, dus kruisen naar Mourtos. Weer heel bijzonder om daar nu te liggen met onze eigen boot, weer te eten bij Georges en koffie te drinken bij Andreas van de Bamboo Place.
En toen bedachten we: Als we nu eens vanuit Mourtos een auto huren om het Zagoria gebergte en de Vikos kloof te gaan bekijken.
De volgende dag vakantie gehouden aan boord, een groente schotel en salade gemaakt om alle voorraad op te maken en dan voor 4 dagen een auto gehuurd. Een sms naar Freddy en Daniella en op weg naar de Vikoskloof in het Zagoria gebergte.
Net na Ioanina in het plaatsje Metamorfosi zagen we een Belgische camper staan,'' het zal toch niet ‘'...... we rijden toch maar door, krijgen na een paar minuten een sms waar zijn jullie? Wij zijn net voorbij Ioanina. Staan jullie langs de kant? Dan keren wij nu om en zien we elkaar over 5 minuten. Een leuk weerzien.
Samen naar Ano Pedina gereden waar een hotel zat waar we wat over gelezen hadden en ik (Marijke) wel zou willen logeren. Duurder dan ik wilde( maar wel had verwacht) sliepen we er. Overigens waren er ook niet veel andere mogelijkheden om te overnachten, mogelijk nog een andere plek. Zo ook voor het eten, wij waren aan de beurt om te trakteren en we hebben met z'n vieren heerlijk gegeten. Na het eten werden wij getrakteerd op eigen gemaakte tsipoura en sleedoorn likeur, maar wat nog veel mooier was het nummer; Tango to Evora van Haris Alexiou werd gespeeld. Het hotel (Porfyron, Ano Pedina) is van een Grieks-Nederlands echtpaar. De kamers in de hotels in Zagoria hebben vaak een openhaard, je zit erg hoog en het kan er lang koud zijn. Een tweepersoons bed aan de ene kant van de openhaard een eenpersoons aan de andere kant. Ingericht met zware donkere meubels en bewerkte plafonds.
Na een heerlijk ontbijt met veel lekkere dingen en eigen gemaakte jam vertrokken we met bestemming de camper die beneden in het dorp stond. Tijdens de koffie planning gemaakt: Monodendri en Kipi als tussen stop en Tsepelovo als eind stop. In Monodendri een wandeling naar het begin van de Vikos kloof gemaakt. Heel indrukwekkende natuur. Je kijkt zo'n 1000/1200 meter naar benden de kloof in maar ziet ongeveerde zelfde hoogte ook boven je. Tsepelovo is een authentiek Grieks dorp (zeker als je weet dat er nu maximaal 6 toeristen het dorp zijn (ons meegeteld). En dan zit je op de kamer (deze keer geen 75 maar 40 euro per nacht met een broodje en koffie/thee op de kamer)en dan blijkt er internet wifi aansluiting. De hele dag was het mooi weer geweest , terwijl er veel regen was voorspeld, die kwam ook rond 16 uur. Waardoor onze wandeling werd uitgesteld, en de computer opgestart. Door de regen naar de camper gewandeld en daar had Daniella heerlijk gekookt en na het eten ....een avondje Kolonisten van Catan gespeeld.De volgende ochtend dichte mist ,maar na een uurtje trok deze helemaal op.
We hebben met de auto een prachtige bergtocht gemaakt van Tsepolovo naar Papingo. Mooie bruggen, watervallen maar vooral veel hoge bergen en diepe dalen. Bergtoppen met sneeuw die we over de slingerwegen steeds van verschillende kanten zagen. Bij elke bocht hadden we de neiging te stoppen, omdat het uitzicht vanaf die plek nog mooier leek dan bij de vorige bocht. Op de weg soms schapen, geiten, koeien en stenen. Die laatsten gingen al helemaal niet aan de kant en om het voor ons en de volgende bestuurders makkelijker te maken rolde Marijke ze soms aan de kant.
Rond de middag kwamen in een klein dorpje waarvan we verwachtten dat er niets open zou zijn, maar gelukkig was er toch iets te vinden. Iets eten en drinken was mogelijk, hij maakte wel iets. En zo zaten we -bij de open haard- aan een Griekse salade en een omelet. Wel leuk dat we een heel klein beetje Grieks spreken, met handen en voeten erbij kunnen we dan nog aardig communiceren. De bergdorpen Mikro Papingo en Papingo waren heel erg verlaten en stil en dat terwijl het de meest toeristische plaatsen van het gebied zijn. Iedereen die we er naar vragen wijt de stilte aan de crisis in Griekenland. Daardoor komen er nauwelijks nog Griekse toeristen en de rest lijkt de weg naar Griekenland ook niet meer te kunnen vinden. In Aristi slapen we als enige gasten in een hotel met 15 kamers. Dat zegt toch wel iets - hoe lang houden de Grieken dit vol.
Op de weg terug naar Mourtos, waar de boot ligt, rijden we even langs Plataria (één dorp verderop). Daar zou de Auriga moeten liggen van Peter en Femke, waarmee we soms mailcontact hebben. Naar aanleiding van hun weblog hebben wij besloten dat ook te doen, zodat jullie onze belevenissen kunnen volgen. Met Peter een biertje gedronken op een terras en dan door naar de boot, die er na vier dagen nog prima bij ligt. Terwijl het in onze afwezigheid toch aardig gewaaid schijnt te hebben.
Morgen waarschijnlijk door naar de volgende haven - we houden jullie op de hoogte.
Griekenland
Griekenland
Naar ons idee is het maanden geleden dat we een bericht gemaakt hebben.Tussen Dubrovnik en Corfu ligt voor ons een hele reis.
Dubrovnik vonden we een erg mooie stad maar een middag rond kijken was voldoende, toch wel erg toeristisch.
De volgende dag zouden we naar Cavtat varen om uit te klaren en dan door naar Montenegro. De tocht , slechts 9 mijl , duurde door tegenstroom langer dan we dachten , en toen Cavtat een erg mooi plaatsje bleek werd dit onze eind stop voor die dag. s'Middags dachten we dat er brand was , maar er kwam ineens zeemist opzetten, een bijzondere gewaarwording. Het uitklaren verliep prima, aardige mensen en na een praatje over de dolfijnen die we zoveel gezien hebben werd aangegeven dat dit komt door het schone water. Kroatie heeft alles, dolfijnen, schoon water, en we hoeven niet toegelaten te worden tot de EU (alleen onze politici deugen niet, zei de beambte!!).
De volgende dag kregen wij deze zeemist ook, maar waren er nu min of meer op voorbereid. Luiken dicht, zeilpakken aan en positie wat vaker noteren, we hadden zo'n 30 meter zicht om ons heen. Net voordat we Kroatië verlieten kwam er weer een dolfijn naast en voor onze boot zwemmen. De mist trok gelukkig op net voordat we de baai van Kotor -Montenegro -in voeren.
Het inklaren in Montenegro verliep ook weer soepel alleen lagen we tegen grote zwarte banden te hobbelen in de zuiden wind. Dat inklaren is trouwens wel een aardige vertoning: langs drie kantoortjes met steeds bijna dezelfde papieren tot je alle drie de stempeltjes verzameld hebt en dan mag je door.
Het zeil gehesen en gezeild naar een verlaten hoekje in de baai van Kotor voor de nacht. Daarna via Kotor en Budva (allebei mooie steden achter vestingmuren) naar Bar. Voor ons de laatste stad voordat we de oversteek naar Griekenland gingen maken, dus daar ook weer uitklaren.Inmiddels wisten we al dat we Richard met de vier boten zouden ontmoeten in Bar. Met Richard gegeten en de tocht wat doorgenomen.
Oversteek vanaf Bar.
Op 28 april om 8 uur vertrokken we voor de 148 mijl (266 km.) naar Griekenland. De tocht is goed verlopen met veel wind en deining en later veel deining en weinig wind, wat minder aangenaam was. We hebben om en om geslapen overdag , de nacht heeft Piet grotendeels wacht gehouden. Door de grote deining en het onaangename gehobbel bestond ons ontbijt, lunch en avondeten uit koek en sap. De boot en het zeil hebben heel wat klappen te verduren gehad, het deed soms gewoon pijn aan je oren. Door de deining en het rollen van de boot konden we 's nachts het voorzeil niet meer inrollen, er zat ergens een lijn vast in het rolsysteem gelukkig toen er minder wind kwam. Maar om dat zonder licht op te lossen was geen mogelijkheid. En om met een zaklamp in één hand - aangelijnd - andere hand om jezelf vast te houden - op het voordek te gaan liggen was ook niet echt aantrekkelijk. Zeil maar zo goed mogelijk samengebonden en een klusje om bij daglicht op te lossen, wat ook prima gelukt is.
Via de marifoon volgden we Richard en de andere boten en zo rond 2 uur s'nachts zagen we de navigatieverlichting van de andere boten. Tot een mijl of 10 voor Erikoussa (eilandje boven Corfu) op de motor gevaren en de laatste mijlen weer kunnen zeilen, heerlijk als de motor dan weer uit kan.
Op ons eerste Griekse eiland kwamen we 29 april om 17 uur aan. We zijn gezamenlijk met de anderen gaan eten in het enige restaurant wat open was. Met mensen waarmee ik -Marijke- echt wel eens een praatje zou willen maken. Deze contacten onderweg waren er nauwelijks en nu was dat wel weer erg prettig, zo met mensen die net dezelfde tocht en oversteek gemaakt hadden.
De volgende dag met mooi weer en deels prettige wind naar Corfu gevaren. Dat was voor ons toch wel weer heel bijzonder, langs de havens en baaitjes varen die we zo goed kennen. Met een hapje, drankje, zonnetje en muziek van Haris Alexiou werden we zowaar emotioneel van het weerzien. Kort daarop vielen de eerste regendruppels en waren we weer terug in de werkelijkheid.
Even naar de steiger van Peter en Marjan gevaren om te begroeten en vandaar zouden we naar een andere steiger, maar daar was geen plaats volgens de havenmeester. Dus kwam het goed uit dat Peter al klaar stond met een lijntje om af te meren.
Zo liggen we nu op de plek in de haven in Gouvia op Corfu waar we ook gewerkt hebben. En waar nu iedereen erg druk is om de boten klaar te maken voor vertrek. Erg leuk om weer op Corfu te zijn en om iedereen te zien.
Binnenkort door naar het Zuiden, waar we waarschijnlijk vrienden (Freddy en Daniella) ontmoeten.
Brac – Hvar – Korcula – Mljet -Dubrovnik
19 Aprilis wel ongeveer de perfecte zeildag. We zeilen van Vela Luka op Korcula naar Korcula aan de andere kant van het eiland. Eerst 4 mijl de baai uit, een stukje afsnijden tussen twee eilandjes door en dan beginnen we aan de wind te kruisen (schuin tegen de wind in zeilen). Maar naarmate we vorderen draait de wind steeds gunstiger en kunnen we uiteindelijk met de wind achter recht op ons doel af sturen. Boek in de kuip, heerlijke muziek erbij, ( Leo het is echt genieten ). Tussen door hebben we wel een uurtje de motor nodig gehad om door een windstilteheen te komen. Maar daarna ging het ons ook echt voor de wind. Als er dan tussendoor ook nog 4 dolfijnen voor de boeg komen zwemmen, is dat weer prachtig extraatje voor de dag.
Maar even terug naar het begin.
Er schijnt volgens de weermannen en vrouwen een hogedrukgebied over de Adriatische Zee te liggen. Dat zorgt behalve voor mooi weer ook voor redelijk stabiele wind. 's Nachts uit het Noordoosten en overdag uit het Westen. En aangezien wij Zuidoostelijk varen, hebben we elke dag ruime wind (achter dus) naar onze volgende haven. Hetzelfde is het geval bij de overtochten van Brac naar Hvar en van Hvar naar Korcula. Gelukkig horen we steeds dat het weer in Nederland ook prachtig is. Het is fijn om de reacties op het weblog te lezen en te merken dat jullie mee- lezen &leven.
Hvar is trouwens een erg mooie stad, ook al liggen we daar in de haven flink te deinen. Er is weinig beschutting en we zijn er eigenlijk te vroeg - voor het draaien van de wind. Dus lopen we nog maar eens rond in het mooie stadje. Waar (bijna) iedereen met bloemen in hand loopt te flaneren, we begrijpen dat het te maken heeft met het aanstaande Pasen (over één week).
De Dalmatische eilanden zijn erg mooi, mooie historische steden en een mooi zeilgebied. We kunnen ons ook wel voorstellen dat het hier in de zomer ontzettend druk zal zijn.
We hebben steeds zulk mooi zeilweer, waardoor we nog maar 50 liter diesel gebruikt hebben.
De havens waarin we liggen zijn - naar Nederlandse begrippen - erg duur. We slapen er niet minder om, misschien nog wel beter. Tot nu toe proberen we om na 9 uur naar bed te gaan, maar dat lukt lang niet altijd. Als we aankomen na een dag zeilen in de wind en de zon dan gloeien onze gezichten en na een drankje enhet eten vallen we bijna om van de slaap. Soms spelen we dan nog Katan maar dat is met z'n tweeën toch niet zo gezellig als met bijvoorbeeld Leo en Syl.
Alles aan boord werkt prima en door ons zonnepaneel hebben we altijd voldoende stroom. Zo genieten we vaak van de stilte tijdens het zeilen, maar hebben ook al een paar keer genoten van alle heerlijke muziek die Leo voor ons opgenomen heeft. We hebben nu wel veel meer elektrische apparaten aan boord (laptop, videocamera, fototoestel, twee telefoons) dan bij de vorige reis in '95-'96.
Met Richard houden we via sms contact en geven hem - op verzoek- tips over mooie plekjes die wij onderweg tegen kwamen. Of we gezamenlijk de oversteek naar Griekenland maken weten we nog niet.
Vanochtendzijn we uit een geheel verlaten baai op Mljet vertrokken en wandelen we zo weer verder door de historische stad Dubrovnik. Wat we morgen weer doen zien we nog wel. Jullie horen/lezen het van ons.
Van Koper naar Brac
Kroatie
En dan gaat alles zo snel. Het lijkt alsof we al weken onderweg zijn. Maar vorige week om deze tijd lagen we nog in de haven van Koper en nu liggen we al zo'n 170 mijl zuidelijker, op het eiland Brac in Milna.
Net voordat we vertrokken uit Koper heeft Richard zich in de mast laten hijsen omdat het toplicht het niet deed. Zelfs twee keer omdat er iets aan de contacten gedaan moest worden. Een biertje houdt hij tegoed in Kroatië of in Corfu, net waar we elkaar weer tegen gaan komen.
Zonder wind vertrokken we, eerst uitklaren bij de port police en dan op pad. Onze bestemming was Porec, maar toen we daar door een dikke laag olie naar binnen voeren hadden we het al snel gezien , het was nog vroeg , erg warm,hobbelige haven en er was geen haven politie om in Kroatië in te klaren. Doorgevaren naar Rovinj, een erg mooie en sfeer volle stad met veel Venetiaanse invloeden. Wel lastig om een ligplaats te vinden (als je niet in de marina wil liggen). Uiteindelijk overnacht aan de douane steiger, zondag was er geen haven politie,dus door zonder in te klaren. De volgende tocht was kort en met een beetje wind naar Pula gezeild en daar uiteindelijk ook ingeklaard. Van Pula zijn we naar Mali Losinj gevaren een mooie plaats op het gelijknamige eiland.
En als kadootje hebben tot en met vandaag nog elke dag dolfijnen gezien. Laura speciaal voor jou een foto van de dolfijn ,maar ik beloof je ik stuur nog veel mooiere foto's.
Voor dinsdag was de bora (veel noorden wind) ,met regen en onweer in de nacht voorspeld. Belangrijk was om op tijd een veilige haven te vinden om te kijken wat het weer ons zou brengen. De haven op Premuda lag buiten het eiland en zo op het oog met niet al te veel beschutting. Maar eenmaal binnen viel dat erg mee en was het vinden van een plekje lastiger. Het lag er vol met vissersboten en 1 zeilboot van een Kroaat die erop woont, hij hielp ons met vinden van een plekje en we lagen super toen het ging waaien en regenen. Tot nu toe hebben we alleen maar erg aardige mensen ontmoet (ondanks de verhalen die we gehoord hadden). Voor het vertrek vanuit Premuda zeiden de vissers; ‘'little bora today''. Dat hebben we geweten. Onze gemiddelde snelheid was 6 knopen en we hebben 8 gehaald en dat alleen op het voorzeil. Het klinkt stoer maar was soms net iets te hard. Maar omdat het wel lekker ging hebben we weer een flink stuk gezeild, van Premuda naar Salvi op Dogi Otok. Na een heerlijke zeiltocht met de halfwinder op van Sali naar het eilandje Kaprije, liggen we nu zaterdagmiddag, na weer een mooie zeiltocht, in de haven van Milna op Brac. De mooie Dalmatische eilanden liggen nog voor ons. We zeilen heerlijk en hebben het prima naar ons zin, toch merken weallebei dat Griekenland toch ons doel is. We verlangen er naar om op Corfu aan te komen. De dorpjes onderweg zijn aardig , maar nog erg leeg; winkels en restaurants zijn niet of nauwelijks open.